Biochemie
Aangepaste wijzigingen aan een bestaand medicijn kunnen rokers helpen te stoppen.
Al meer dan 50 jaar gebruiken rokers in Oost-Europa die met de gewoonte willen stoppen een medicijn genaamd cytisine. Nu hebben nauwkeurige veranderingen in cytisinemoleculen verbindingen gecreëerd met vergelijkbare voordelen, maar mogelijk met minder bijwerkingen dan het oorspronkelijke medicijn.
De verslavende werking van nicotine komt voort uit de affiniteit voor specifieke receptoren in de hersenen. Cytisine bindt aan dezelfde receptoren, waardoor het verlangen naar nicotine wordt verminderd. Maar het medicijn bindt ook een apart type nicotinereceptor, wat zou kunnen verklaren waarom het bijwerkingen zoals misselijkheid veroorzaakt.
Timothy Gallagher van de Universiteit van Bristol, VK, en zijn collega’s gebruikten een iridiumkatalysator om een chemische binding te splitsen op een specifieke locatie in het cytisinemolecuul, en voegden vervolgens verschillende moleculaire structuren toe op die locatie. Deze gemodificeerde cytisines activeerden alleen de nicotinereceptor die verband houdt met verslaving.
Nicotinereceptoren zijn ook betrokken bij een reeks neurodegeneratieve en psychiatrische aandoeningen, die de nieuwe verbindingen zouden kunnen verlichten.